Bach aan ’t Hart
Vijftien jaar geleden verscheen het boek Johann Sebastian Bach van schrijver Maarten ’t Hart. In dit boekje beschrijft ’t Hart zijn grote liefde voor de achttiende-eeuwse componist. Een mooi boek, waarin je wordt meegenomen in het enthousiasme van ’t Hart. Voor een eenvoudige klassieke muziekliefhebber als ik, gaat veel technische informatie over de muziek van Bach langs me heen.
Desalniettemin is in het boek één citaat waar ik het kort over wil hebben. “Was Bach een ‘verkondiger’? Was hij ‘diep gelovig’? Kan de Matthäus, zoals W.J. Ouweneel nog niet eens zo lang geleden heeft opgemerkt, ‘alleen door de gelovige werkelijk verstaan worden’? Ouweneel beweert zelfs: ‘Ik durf te stellen dat alleen de gelovige christen werkelijk kan doordringen in de grootsheid van de Matthäuspassion, omdat alleen hij zo diep kan doordringen in de tekst – en vandaar ook in de muziek – als Bach zelf gedaan heeft.’ Deze mening heb ik lang geleden ook eens uit de mond van Eduard J. Bomhoff gehoord en hij voegde daar losjes aan toe dat zulks mutatis mutandis ook gold voor het christelijke huwelijk.”
Om maar gelijk wat uit te sluiten, Maarten ’t Hart is het volstrekt oneens met Ouweneel en Bomhoff. De ex-gereformeerde bioloog is van mening dat je wel degelijk als niet-gelovige de passie onder de passies kunt beleven en doorgronden. Maar dat is een discussie voor een ander moment en omgeving.
Willem Ouweneel, een van Neerlands grootste denkers en theologen. Willem Johannes Ouweneel is afgestudeerd als bioloog en meervoudig gepromoveerd, namelijk in de biologie, theologie en de filosofie. Misschien is ’t Hart niet opgewassen tegen zoveel kennis en kunde.
En dan die andere genoemde persoon, Eduard J. Bomhoff. Twee jaar na het verschijnen van ’t Harts Bach-boekje, werd Bomhoff minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en viceminister-president, in het eerste kabinet-Balkenende. Hij werd dat voor de Lijst Pim Fortuyn (LPF), de politieke nieuwkomer, wiens grote leider anderhalve week voor de Tweede Kamerverkiezingen op laffe wijze was vermoord. Na een sluimerend conflict met partijgenoot en mede-minister Herman Heinsbroek (van Economische Zaken), stapten beide ministers op en viel Balkenende-I al na een kleine drie maanden.
Of Bomhoff na zijn korte intense carrière voor het landsbelang terug ging naar de PvdA, waar hij dertig jaar lid van was voor hij naar de LPF overstapte, is niet helder. Zijn verslag ‘Blinde Ambitie’ is een interessant boekwerk, wat een mooie inkijk geeft in hoe een ministerraad werkt en hoe karakters ook op landelijk niveau tot hachelijke situaties kan leiden.
Enfin, Bomhoff werd op latere leeftijd Oud-Katholiek in zijn levensovertuiging. De webiste Parlement.com meldt dat de voormalige vice-premier religie niet als politieke zaak beschouwt, maar als privézaak). Dat laat onverlet dat de econoom de Matthäus als een christelijk “product” beschouwt. De grens tussen privédomein en publieke zaak is een vage grens, met veel grijstinten.
En dat allemaal dankzij Bach, waarin orthodoxen, oud-Katholieken en ex-gereformeerden elkaar treffen.
Tags // Balkenende-1, Balkenende-I, Eduard Bomhof - Blinde Ambitie, Eduard Bomhoff, Eduard J. Bomhoff, eerste kabinet-Balkenende, Herman Heinsbroek, Johann Sebastian Bach, Lijst Pim Fortuyn, Lijst Pim Fortuyn (LPF), LPF, Maarten 't Hart, Maarten 't Hart - Johann Sebastian Bach, minister van Economische Zaken, minister van Volksgezondheid, Ouweneel, Partij van de Arbeid, PvdA, vice-premier, viceminister-president, W.J. Ouweneel, Willem Ouweneel
Trackback from your site.
