Jezus’ lijden relativeert
Wopke Hoekstra heeft een dag nadat het Britse Lagerhuis de Brexit-deal met de Europese Unie wegstemde, een beetje een katerig gevoel. Maar wie niet beter weet, merkt daar niets van. Wandelend door de gangen van het ministerie, op weg naar de fotograaf, praat hij niet over de actualiteit, maar over geschiedenis – een grote hobby. Over de Tachtigjarige Oorlog (“Ook een burgeroorlog”) en hoe de rivaliteit tussen Van Oldenbarnevelt en prins Maurits, ook in religieus opzicht duidelijk werd. Het gesprek vindt plaats op zijn werkkamer, waar een grote kaart van Europa de wand vult en op de grond schijnbaar achteloos gewichten slingeren; de minister is een sportief man. De komende drie kwartier staat echter niet het aardse, maar het geestelijke op de agenda. Wat betekent geloof en kerkgang voor Wopke Hoekstra?
Hoekstra komt uit een vrijzinnige familie. “Mijn moeders familie is van oorsprong Nederlands-hervormd en mijn vaders familie al heel lang remonstrant. Mijn voorouder Meijer werkte op de meierij in een bisdom in Gelderland. Zodra het kon, werd hij remonstrant en de generaties na hem zijn dat gebleven. Als kind ging ik naar een doopsgezinde zondagsschool. In mijn woonplaats Bussum ben ik lid van de Remonstrantse kerk. Ik ga écht heel weinig, maar toen ik mij daar eens bij de kerkenraadsvoorzitter voor verontschuldigde zei hij: ‘Bij de Remonstranten mag dat.’ Dat vind ik ontwapenend; het niet-dogmatische van de Remonstranten heeft me altijd aangesproken.”
Maar als u dan gaat, wat zoekt en vindt u dan in de kerk?
“De kerkdienst is een moment van reflectie, stilstaan en relativeren. Ik ben ervan overtuigd dat een vaste set van normen en waarden je een duidelijk fundament geven. In de kerkdiensten hoor je een ander perspectief. Het is bij uitstek een moment waar je hoort dat het niet gaat om het ik en het nu, maar om het wij en het later.”
U zei eens dat we ‘in het meest hyperindividualistische moment van de geschiedenis zijn aangekomen’.
“Ik zei er toen wel bij dat ik blij ben dat we in Nederland de individuele vrijheden goed voor elkaar hebben. Je mag zeggen wat je wilt, houden van wie je wilt en naar de kerk gaan als je dat wilt. Daar wil ik geen centimeter vanaf doen. Maar de vraag is vervolgens: hoe hou je cohesie over in de samenleving in een tijd dat klassieke instituten, zoals de kerken, aan erosie onderhevig zijn? Hoe zorg je dat we het wij-gevoel behouden en omkijken, ook naar mensen die we niet automatisch ontmoeten? Niet voor niets waarschuwt het SCP voor de gevolgen van ontkerkelijking. Op termijn verdwijnen veel vrijwilligers en mantelzorgers, die vooral in de kerk te vinden zijn. Dus be carefull what you wish for.”
Altijd vergeving
Hij hoopt, zegt hij, dat God bestaat. “Maar ik heb meer vragen dan antwoorden.” Grinnikt: “Dat is zo Remonstrants als het maar zijn kan.”Een kerkdienst is voor hem bij uitstek een moment van “geïnspireerd raken door het hogere”. “Wat mij aanspreekt in het christendom is het gebod: ‘heb uw naaste lief als uzelf’. Er zijn momenten dat sommigen van ons – en daar hoor ik zeker bij – dat gedurende de week vergeten. We moeten eraan herinnerd worden. Het is bovendien mooi dat je in de kerk hoort dat je altijd opnieuw mag beginnen. Er is altijd vergeving, een nieuwe start.”
Bron: Reporters Online
Tags // Bussum, Hoekstra, minister Hoekstra, Nederlands-Hervormd, Prins Maurits, remonstrant, remonstranten, Van Oldenbarnevelt, vrijzinnig, Wopke Hoekstra
Trackback from your site.