Kroniek #3: Groningen

Ik was weer in Groningen. Voor even. Dat wil zeggen: een middag en een avond bevond ik mij in ‘stad’. Hier, in deze provinciehoofdstad, liggen tal van herinneringen en ervaringen. Ten positieve, dat zonder. Niet dat ik er melancholisch van werd, maar wel met een goed gevoel.
Bij de stadsredactie van het Dagblad van het Noorden heb ik een stage gelopen. Geen stage voor school, maar een soort werkervaringsplek. De stageperiode was van december 2009 tot en met februari 2010. Tijdens dit kwartaal werd ik gezien als een volwaardige collega, niet als een stagiair. En dat beviel me uitstekend: het was het vertrouwen, waar ik met plezier aan terug denk.
Dat dus wat betreft werk.
Maar ik ben ook op cultureel gebied vaak in Groningen geweest. Zo heb ik er in 2008 de film I’m Not There gezien. En ik zag in De Oosterpoort Ilse DeLange in 2006 en 2007. Ruim een jaar later (december 2008) zag ik in dezelfde Grote Zaal de Zeeuwse band BLØF optreden in De Oosterpoort. Elf maanden later kwam ik naar de Kleine Zaal van ditzelfde popcentrum voor CCC Inc., Neerlands enige americana-band. Een kwartaal later zag ik in diezelfde Kleine Zaal Alex Roeka optreden. In de zomer van 2010 zag ik in de Stadsschouwburg Daniël Lohues ter promotie van Allennig IV.
En daar is gisteravond voorlopig het laatste Groningse concert aan toegevoegd.
Wat doe je dan, als je zo’n dag in Groningen bent? Lopen. De stad door. Niet zozeer op verkenning, eerder op rooftocht. Langs de boekhandels en platenzaken. Want die heb je genoeg in een stad als Groningen. De ene zaak wat beter dan de andere. Zo zijn Boekhandel Van der Velde en Plato gerespecteerd om hun degelijkheid, terwijl andere antiquariaten onoverzichtelijk en bedompt zijn. Zoiets tref je natuurlijk ook.
Ik hoef niet per sé in Groningen wonen. Verblijven is prima, het is een mooie stad met veel mooie dingen. Maar wonen, nee. Daar ben ik dan te Fries voor.