Liedboek
De synode van de Gereformeerde Kerken (vrijgemaakt) heeft gisteren het nieuwe Liedboek voor de Kerken vrijgegeven. De plaatselijke kerkenraden beslissen welke liederen uit dit Liedboek gezongen mogen worden – de landelijke synode schrijft niets voor, omdat plaatselijke ontwikkelingen ‘onomkeerbaar zijn’. Vreemd is het niet dat de Gkv meegaat met dit Liedboek. In 2008 sprong de kerk in bij het proces tot het maken van dit boek.
Waarvan akte.
Zoals altijd levert een nieuw liedboek kritiek op. Eerder al liet de Nederlands Gereformeerde Kerk in Apeldoorn bijvoorbeeld weten niet mee te doen met dit Liedboek. Volgens NGK-dominee Willem Smouter zijn de teksten te algemeen en te weinig specifiek over het geloof. “Dat brengt een andere spiritualiteit binnen dan wat wij zingend willen uitdragen,” aldus Smouter (ND, 31 december 2013).
Ook de Voortgezet Gereformeerde Kerken in Nederland (vGKN) ontraden dit nieuwe Liedboek. In het Nederlands Dagblad van 14 april dit jaar laat de synode, bij monde van woordvoerder ds. Anja van Harten-Tip, weten: “God wordt in sommige liederen neergezet als een vrouw of als een geest. Dat is veel vager dan we gewend zijn.”
De oecumenische basisgroepen weigeren ook dit nieuwe Liedboek, en gaan een eigen liedboek samenstellen (ND, 3 februari 2014). De Gereformeerde Bond binnen de PKN streeft naar een “royale bundel met goede kerkliederen voor alle erediensten” (ND, 11 april 2014). Ook het Evangelisch Werkverband, de Confessionele Vereniging en het Confessioneel Gereformeerd Beraad zijn aangehaakt bij een nieuw liedbundel (ND, 2 februari 2014).
Wie overigens dacht dit soort onenigheid alleen plaatsvindt binnen de “traditionele kerken”, komt bedrogen uit. Eind vorig jaar schreef Hans Riphagen een kritisch verhaal over Opwekking. In die liederen is een vertekend Gods- en mensbeeld. Vijftig liederen onderzocht Riphagen. “In maar liefst 43 van de vijftig liederen waarvan Riphagen de tekst onderzocht, wordt God rechtstreeks aangesproken. Slechts zeven gaan er óver God. De liederen lopen daardoor het risico van ‘geestelijk narcisme’, zegt de docent liturgiek: ‘samen met het hoge ervaringsgehalte maakt dit dat God niet meer is dan een projectie van onze eigen onvervulde verlangens. God is dan niet meer de Ander, maar zit opgesloten in onze eigen ervaring’.”
Het evangelische lied is uitgehold tot een abstracte ervaring in het hier en nu, los van alle concrete voorbeelden. Jezus komt nauwelijks ter sprake, alleen als Koning, Overwinnaar, God – maar niet als mens onder de mensen. ‘De mens Jezus van Nazareth verdwijnt, en daarmee ook de profetische Jezus, die controversieel, confronterend en storend was. Jezus wordt losgemaakt van de politieke, economische, culturele en religieuze werkelijkheid van de eerste eeuw, en verliest daarmee zijn scherpte.”
“De liederen creëren een romantisch beeld van Gods reddende liefde, schrijft Riphagen, en zijn nogal eenzijdig in hun beeldgebruik. Metaforen als ‘kroon’, ‘heerschappij’, ‘koninkrijk’ en ‘majesteit’ komen rijkelijk voor, maar Bijbelse metaforen als herder, brood van het leven, wijnstok, dienstknecht of hogepriester zijn vrijwel afwezig.”
Wat ik, als pastor, vind? Het nieuwe ‘traditionalisme’ wordt niet zonder meer aangenomen. Opwekking heeft mij al nooit echt kunnen overtuigen – met de argumentatie van Riphagen meegenomen. We moeten vooruit: zingen is goed, voor alle christenen. Dat je het niemand honderd procent naar de zin kan maken, is zonder meer duidelijk. Maar als we wat “fout” is, schrappen, misschien houden we dan een grote consensus over waar we weer eeuwen mee vooruit kunnen.
En trouwens, wat is er mis met liederen die al eeuwen lang worden gezongen en iedereen overtuigend zingt?
Tags // de Confessionele Vereniging, Evangelisch Werkverband, Gereformeerde Bond, Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt, Hans Riphagen, het Confessioneel Gereformeerd Beraad, Liedboek, Nieuw liedboek, Opwekking, synode, Voortgezet Gereformeerde Kerken in Nederland
Trackback from your site.