Maassluis
Gedoe in Maassluis. Een groep jongeren terroriseert in deze sta het Burgemeesterplantsoen en het Vrijheidspark. De huidige burgemeester, Edo Haan, heeft een noodbevel afgekondigd, dat tot en met morgen duurt. Een noodbevel, zo leer ik uit de krant, richt zich specifiek tegen één of enkele personen en kan worden ingezet als sprake is van oproer, wanordelijkheden, rampen of zware ongevallen of de vrees daartoe. De burgemeester is dan bevoegd alle bevelen te geven die hij nodig acht ter handhaving van de openbare orde of ter beperking van gevaar.
Het is niet de eerste keer dat Maassluis het toneel is van een heuse oproer. In de tweede helft van de achttiende eeuw vochten kerkleden een Psalmenoproer met elkaar uit. Op last van de Staten-Generaal werd in 1773 door een nieuwe psalmberijming ingevoerd. De toenmalige berijming, gemaakt door Petrus Datheen en veel gebruikt in de Nederduits Gereformeerde Kerk (voorgangster van de Nederlandse Hervormde Kerk), was verouderd en werd op hele noten gezongen. Tijd dus voor moderner taalgebruik en het zogenaamde ritmisch zingen.
Voer voor een boek van iemand als Maarten ’t Hart: Maassluis, het gereformeerdendom, kerkstrijd, ouderwets versus nieuwerwert. En warempel, de bioloog (gepromoveerd op het gedrag van ratten) heeft er een historische roman aan gewijd: Het psalmenoproer.
Maar daarover zullen de hangjongeren anno 2016 wel nooit wat gehoord hebben.
Tags // 't Hart, burgemeester Edo Haan, Burgemeesterplantsoen, Datheen, Edo Haan, Maarten 't Hart, Maarten 't Hart - Het Psalmenoproer, Maassluis, Nederduits Gereformeerde Kerk, Nederlands Hervormde Kerk, noodbevel, Petrus Datheen, psalmenoproer, Vrijheidspark
Trackback from your site.