Vandaag is de laatste dag dat de popup-bibliotheek in Leeuwarden open is. Vanaf morgen worden alle boeken en andere informatiedragers verhuisd naar de Blokhuispoort.

Sinds kort ben ik Taalvrijwilliger. Ik ben elke week een middag in de plaatselijke bibliotheek, om met mensen aan Nederlands te werken. En dat is leuk werk. Want je leert mensen iets heel concreets: zich redden in een (nieuwe) gemeenschappelijke taal.

De bibliotheek in Leeuwarden is verhuisd. Momenteel is het een zogenaamde popup-bieb op het Zaailand, op de eerste verdieping van het winkelcentrum aan het Wilhelminaplein. Het Beursgebouw, waar de boekenverzameling eerst was gevestigd, opent in september 2018 als Campus Fryslân. Daarom maakt Bibliotheek Leeuwarden al komende september plaats voor Rijksuniversiteit Groningen.

Toon mij uw boeken en ik zeg u wie u bent. De aanblik van een boekenkast met fysieke boeken, is altijd weer een aanleiding voor een gesprek. Dat is één van de pluspunten van een boekenkast boven een e-reader: je ziét wat je hebt, je literatuur is daadwerkelijk zichtbaar en niet ergens opgeslagen op een server (die server moet ook weer draaien en gekoeld worden, et cetera: enig idee hoeveel fysieke ruimte en energie al die servers kosten?)

De bibliotheek zit weer in de lift. Gelukkig maar. Niets is mooier dan het lezen van een fysiek boek. En (fysieke) boeken kunnen wel een positief nieuwsbericht gebruiken. Het is een onderdeel in de strijd tegen die afschuwelijke ontlezing. Boekenliefhebbers aller landen, verenigt u!

De bibliotheek is weer terug in weer terug. De in totaal 3,8 miljoen leden van de bieb leenden in 2015 met z’n allen 73,4 miljoen papieren boeken uit. Daarvan leenden de jongeren samen 38 miljoen keer een boek uit, 2 miljoen meer dan het jaar daarvoor. Verder zijn ook digitale boeken uitgeleend, dat gebeurde werden 4 miljoen keer uitgeleend. Dat blijkt uit de bibliotheekmonitor die minister Jet Bussemaker (Cultuur) woensdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Misschien komt het omdat het vrijdag is. Of omdat het de laatste dag van een training is. Maar ik was vandaag aan het associëren. Ik legde verbanden, die er misschien niet zijn. Mijn gedachten dwaalden af naar zaken, die feitelijk niets met het betreffende onderwerp te maken hadden.

Het leuke aan het hebben van een eigen bibliotheek, is dat je in je bieb kunt grasduinen. Wat mij betreft gaat het dan om de bibliotheek in de brede zin des woords: niet alleen (hoewel wel voornamelijk) boeken, maar ook de muziekdragers als cd’s en elpees. Zo trok ik onlangs een verzamelaar van Willy DeVille uit de kast.

Misschien is met dit item van de NOS de komkommertijd definitief gestart: shared space. Zo’n gedeelde ruimte is een kruispunt of een weg zonder verkeersborden, stoplichten en wegmarkering. Het concept, bedacht in de jaren negentig door verkeerskundige Hans Monderman. Verslaggeefster Tanja Braun bezocht zo’n shared space. In -jawel- Leeuwarden.

Ik zit in de bus, ’s ochtends vroeg. Een paar stoelen vóór mij zit een dame met blond geverfd kort haar. We zijn samen onderweg, maar hebben een verschillende bestemming. Ik reis naar het station, dat is voor mij een tussenstop voor een reis naar elders. De vrouw stapt een halte eerder uit, bij de bibliotheek.